Aan de Vlaardingenlaan in Amsterdam staat sinds 1973 een schoolgebouw van de hand van architect B.J. Ingwersen, dat oorspronkelijk is ontworpen als MTS. Het ontwerp is duidelijk beïnvloed door Le Corbusier, bijvoorbeeld door het gebruik van beton brut in de gevels en de schijnbaar zwevende verdiepingen boven de entree, die steunen op pilotis; ook zijn er grote raampartijen en een expressieve brandtrap. In 2008 werd het gebouw, mede door deze bijzondere architectuur, uitgeroepen tot gemeentelijk monument. In dit gebouw is nu Lumion Amsterdam, een middelbare school voor Mavo, Havo en VWO, gevestigd; het monumentale pand heeft daarmee een tweede leven gekregen als plek voor vernieuwend onderwijs.
Het oorspronkelijke gebouw voldeed niet voor de onderwijsambities van Lumion. De nieuwe school had een programma van ca. 14.000 m², het bestaande gebouw was slechts ca. 8.500 m² groot en bestond voor een groot deel uit praktijkhallen, die niet geschikt zijn voor voortgezet onderwijs. Na een ingrijpende revitalisatie is een nieuw complex ontstaan, ontworpen door atelier PRO. Het bestaande gebouw is respectvol gerenoveerd: in goed overleg met Monumentenzorg is een deel van de oude praktijkhallen verwijderd en een deel vernieuwd. De vijf hallen waren namelijk vrijwel identiek; door behoud van de twee hallen aan de straatzijde blijft de oorspronkelijke opzet herkenbaar. Daarnaast is er een nieuwe vleugel van vijf verdiepingen bijgekomen, en ook het interieur onderging een rigoureuze vernieuwing.
Lumion is de eerste partnerschool van Kunskapsskolan Nederland. Onderwijs volgens het Kunskapsskolan principe vraagt om méér dan traditionele klaslokalen, maar juist om plekken voor gepersonaliseerde en gedifferentieerde kennisoverdracht. Leerlingen worden namelijk benaderd als individu, en hebben ieder hun eigen leerweg; ze bepalen hun eigen tempo en niveau en kiezen zelf waar en hoe zij leren. Daarom ontwierpen we voor het vernieuwde onderwijscomplex een diversiteit aan werk- en leerplekken: speciaal ontwikkelde plekken voor specifieke leeractiviteiten, afhankelijk van de individuele behoeftes. Dit soort plekken zijn door het hele gebouw heen te vinden, voor groepen van 5, 10, 30, 60 en 90 leerlingen, waarbij elk element in de inrichting is doordacht.
In de gerenoveerde oudbouw bevinden zich op de begane grond het Crea-cluster (dans en drama), personeelsruimten en een grand café. De verdiepingen, die in de loop der jaren waren dichtgeslibd, zijn weer geopend en zijn nu bestemd voor de bovenbouw. Hier zijn nog maar weinig traditionele klaslokalen te vinden; rond grote, open leerpleinen zijn groepsruimten, spreekkamers en ‘verwonderzalen’ - plekken waar groepen van wel 60 tot 90 leerlingen tegelijk onderwijs kunnen krijgen, zich laten inspireren of verwonderen. Tussen het nieuwe deel en de oudbouw is een atrium gerealiseerd, het Forum. Dit is de centrale ontmoetingsplek van de school. Hier bevinden zich de entrees en van hieruit zijn alle onderdelen van de school eenvoudig te bereiken. De centraal geplaatste receptiebalie heeft zicht op alle verkeersstromen. Eyecatchers zijn de gerenoveerde monumentale gevel en de spectaculaire wenteltrap die alle onderbouwclusters ontsluit.
De nieuwbouw is gerealiseerd op de plek van de vervangen praktijkhallen. In het nieuwe vijflaagse gebouw zijn op de begane grond een Science-lab (voor de bètavakken), het Media-lab en een Atelier (voor handvaardigheid en tekenen) te vinden. Daarboven bevinden zich de onderbouwclusters. Ieder cluster is een zelfstandige eenheid van ca. 160 leerlingen en hun docenten, met lokalen, spreekkamers en een docentenruimte rond een groot open gebied, op één verdieping. Een overzichtelijke, eigen plek binnen de grote school, die is ingericht voor verschillende leeractiviteiten, een sfeer van huiselijkheid en geborgenheid ademt en daarmee kleinschaligheid en aandacht voor elke leerling waarborgt.
De monumentale gevels zijn met respect up-to-date gebracht: enkel glas is vervangen door HR++glas, waarbij de oude houten kozijnen grotendeels hergebruikt zijn, en ook zijn de grote overstekken zoveel mogelijk geïsoleerd. Voor de nieuwe delen zijn afwijkende materialen gekozen, zodat direct duidelijk is wat oud was, en wat is toegevoegd. Daarbij is gekeken naar de ritmiek van de bestaande gevel, waarin verticale schijven onderbroken worden door horizontale banden. In de nieuwbouw zijn daarom ook horizontale banden toegepast, en zorgden door aluminium panelen met custom-made profilering ook voor een verticale geleding. De nieuwe vleugel is wit van kleur, wat zorgt voor een frisse uitstraling en contrast met het beton brut van de oudbouw. In één van de bewaarde praktijkhallen is het bestuur van de school gehuisvest, in de andere een bijzondere gym-voorziening; ook hier zijn de gevels en de daklichten opgewaardeerd en voorzien van HR++ glas. Daarnaast is op het terrein ook een nieuwe sporthal gerealiseerd. De gevel van deze hal is opgebouwd met hetzelfde materiaal als de rest van de nieuwbouw (geprofileerde aluminium beplating), alleen is hier juist voor donker met witte accenten gekozen.
Bij Lumion geloven ze dat de manier waarop je de ruimtes inricht en vormgeeft gedrag stimuleert en het leerproces helpt ontwikkelen. In tegenstelling tot klassieke scholen zijn er hier daarom slechts weinig traditionele klaslokalen. Het interieurontwerp onderscheidt drie leersettings: ‘Campfires’, ‘Caves’ en ‘Watering holes’. ‘Campfires’ zijn settings waar leerlingen zich verzamelen rond een expert die een boeiend verhaal vertelt; ‘Watering holes’ zijn ruimtes waar leerlingen samen aan projecten werken en daarbij van elkaar leren; en ‘Caves’ zijn ruimtes waar leerlingen zich terugtrekken om gefocust te studeren. De onderwijsvisie is gebaseerd op het bouwen van een gemeenschap. Daarom moesten de ruimtes zo transparant mogelijk worden, met zo min mogelijk dode hoeken maar wel met knusse plekken waar leerlingen een beschut gevoel krijgen. Die transparantie reikt bij de onderbouw zelfs tot in de open docentenruimtes toe.
De onderbouw is gehuisvest in de nieuwbouw. Elke verdieping – en daarmee ieder cluster - heeft een eigen thema, in de vorm van zogenaamde ‘nesten’; de verschillende nesten sluiten aan de ontwikkelingsfases die leerlingen doorlopen. Voor de herkenbaarheid heeft iedere nestlaag een iconisch vormgegeven ruimtelijk object, dat past bij het specifieke karakter van het nest; daarnaast lokt de inrichting van de ruimtes verschillend gebruik uit – onderbouwers kunnen er samen of alleen leren maar zich ook terugtrekken. Elke nestlaag heeft een eigen open docentenruimte en kent eigen accenten.
Het gerenoveerde monument is nu het domein van de bovenbouw. De dichtgeslibde, gesloten gangen zijn doorgebroken, waardoor er een grote hoeveelheid open plekken is ontstaan. De ruimtes helpen de leerlingen zich klaar te stomen voor het hoger onderwijs: zo zijn er verwonderzalen zoals een debatteerruimte die is geïnspireerd door het Britse Lagerhuis en een zaal met podium voor TED talks. Leerlingen in de bovenbouw volgen sessies in plaats van lessen, en het is hun inschatting die bepaalt welke ruimte er gebruikt wordt. Leerlingen kunnen zo op verschillende manier de stof tot zich nemen: door hartstochtelijk te debatteren, verwonderd te worden of geïnspireerd te raken.
In iedere ruimte in het monument worden leerlingen geïnspireerd door grafische afbeeldingen van historische figuren uit de wetenschap, kunst en cultuur, uitgevoerd als neon illustraties in een opvallend formaat. Met deze ingrepen onderstrepen we de onderwijsvisie van Lumion Amsterdam: kleinschalige en zorgvuldig vormgegeven ruimtelijke objecten bieden leerlingen de kans om zich even terug te trekken en solitair te werken – bijvoorbeeld in een huisje of een textiele Klimt-ruimte – terwijl ze in de thematische werk- en groepsruimtes via wandvullende illustraties mee worden genomen in de wereld van de astronaut, de schrijver of de kunstenaar.